Deze paragraaf bespreekt de infiltratievoorziening binnen de modulePerceel in Sirio. Dit is een vereenvoudigde module binnen Sirio. Als je één of meerdere infiltratievoorzieningen in detail wil ontwerpen, maak je beter gebruik van de Reservoirs: de bouwstenen in Sirio.
Een infiltratievoorziening kan je activeren binnen een perceel door 'Infiltratievoorziening aanwezig' aan te vinken. Daarna verschijnen de instelbare parameters in het parameterpaneel.
Add a caption...
De belangrijkste instellingen zijn:
Oppervlakte terreinverharding [m²]: het totaal verharde oppervlak (bijvoorbeeld oprit of terras) dat op de voorziening is aangesloten. Sirio telt deze oppervlaktes automatisch samen met de oppervlakten van alle gekoppelde percelen.
Runoff coëfficiënt [-]: geeft weer welk deel van de neerslag effectief naar de voorziening afwatert. Standaard stelt Sirio een waarde van 0.8 voor verharde oppervlakken in. Voor meer gedetailleerdere berekeningen (bijvoorbeeld op kavelniveau) waarbij de grootte en aard van aangesloten toevoerende oppervlakken nauwkeurig gekend zijn, is een bijkomende controleberekening met afstromingscoëfficiënt van 0.9 wenselijk.
Een afstromingscoëfficiënt ligt altijd tussen de 0 en 1.
Vorm en afmetingen: je kan kiezen uit een vierkant, cirkelvormig of rechthoekig grondvlak. Er wordt vanuit gegaan dat de wanden van de infiltratievoorziening loodrecht staan op het grondvlak. Sirio berekent automatisch de infiltrerende wandoppervlakte indien van toepassing.
Capaciteit [m³]: de maximale capaciteit van de infiltratievoorziening. Wanneer de capaciteit tijdens simulaties overschreden wordt, stort het teveel aan water onmiddellijk en integraal over naar de reservoirs waaraan het perceel gekoppeld is. Bij deze overstort wordt geen rekening gehouden met de breedte van de overstort of de afwaartse waterhoogte, en wordt geen tijdsvertraging in rekening gebracht.
Infiltratie via bodem en/of wanden: je kan aangeven waar infiltratie plaatsvindt. Bij infiltratie via de wanden berekent Sirio dynamisch de natte infiltratieoppervlakte tijdens de simulatie. De natte infiltrerende oppervlakte wordt tijdens simulaties op elke tijdstap berekend.
Veiligheidsfactoren voor berekening van infiltratie: voor zowel bodem als wanden kan je een veiligheidsfactor instellen, conform de Code van Goede Praktijk. Dit verlaagt of verhoogt de berekende infiltratiecapaciteit en wordt vooral gebruikt bij het dimensioneren van noodoverlaten.
This element (formula) isn't supported, or may require an update to be displayed. You can try to refresh the app.
met Qinfiltratie het gesimuleerd infiltrerend debiet op tijdstap t, Ainfiltratie de infiltrerende oppervlakte op tijdstap t, en Kinfiltratie de infiltratiecapaciteit (die bepaald wordt door het bodemtype).
Een veiligheidsfactor (SF) groter dan 1 verkleint bijgevolg de potentiële infiltratie, terwijl een veiligheidsfactor kleiner dan 1 de potentiële infiltratie vergroot.
De veiligheidsfactor voor de bodem en wanden moet apart ingegeven worden onder de tab 'Randvoorwaarden' bij ‘Omgevingskarakteristieken’.
Infiltratiecapaciteit (K): de doorlatendheid van de bodem. Het is aangeraden deze waarde te baseren op gemeten infiltratieproeven (volgens de VMM-richtlijnen), omdat standaardwaarden sterk kunnen variëren. Standaardwaarden werden opgenomen in de Code Van Goede Praktijk.
Add a caption...
De infiltratiecapaciteit moet ingegeven worden onder de tab 'Randvoorwaarden' bij ‘Omgevingskarakteristieken’.
Grondwaterpeil en bodempeil: indien je drainage via het grondwater wilt simuleren, moet je het grondwaterpeil en het bodempeil van de voorziening instellen.
Hiertoe moet eerst in het tab 'Randvoorwaarden' aangevinkt zijn dat grondwater ingerekend moet worden. Vervolgens kunnen de grondwaterstanden van het perceel gewijzigd worden.
Tijdens de simulatie controleert Sirio of de opgegeven infiltratievoorziening voldoet aan de GSV Hemelwater. Met de knop 'Maak afmetingen conform GSV' kan je bovendien automatisch de minimale infiltratiecapaciteit en infiltratieoppervlakte laten berekenen op basis van de aangesloten oppervlaktes en eventueel hergebruik. Hierbij wordt de minimale infiltratiecapaciteit (K) en -oppervlakte (A, infiltratie enkel via de wanden) berekend, rekening houdend met de aangesloten oppervlakten (zowel van het dak Adak als de terreinverharding Averharding in de vorm van terrassen en opritten) en het hergebruik. Hierbij worden volgende formules gehanteerd, gegeven dat alle oppervlakten in m2 zijn:
This element (formula) isn't supported, or may require an update to be displayed. You can try to refresh the app.
This element (formula) isn't supported, or may require an update to be displayed. You can try to refresh the app.
Indien ook een hemelwaterput geplaatst wordt bedraagt de reductie (R) volgens de GSV 60 m². Deze oppervlakte stemt overeen met het equivalente, gemiddeld verbruik van hemelwater in een eengezinswoning. Indien er geen hemelwaterput geplaatst wordt kan er geen oppervlakte in vermindering gebracht worden, en bedraagt de reductie dus 0 m². Sirio controleert automatisch of er een hemelwaterput gedefinieerd is.
Op die manier kan je eenvoudig nagaan of een ontwerp aan de regelgeving voldoet en tegelijk een realistisch infiltratiegedrag opnemen in je model.